fbpx

Uitspraak in hoger beroep

Datum van publicatie:

Deze week heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven in Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen de Autoriteit Consument & Markt, ACM, en Daisycon over een reeds in 2013 opgelegde sanctie. Het college heeft nu, in hoger beroep, het beroep van Daisycon verworpen en de ACM in het gelijk gesteld.

Centraal in deze zaak ligt de vraag wie de toestemming van de eindgebruiker moet kunnen aantonen. Voor Daisycon was in de onderzoeksperiode sprake van een  sterke verwevenheid van verschillende rollen van het bedrijf. Zo was Daisycon op enig moment, ten aanzien van e-mailmarketing, tegelijkertijd actief als publisher, adverteerder en als netwerk. 

Het is gebleken dat deze vermengde rollen zowel in de handhaving als het daaropvolgende juridische traject, moeilijk te onderscheiden zijn ten aanzien van de toepasselijke regels. Hierdoor is Daisycon meer verantwoordelijkheid in het proces toegewezen. Op het moment dat de ACM zich in het voorjaar van 2012 bij Daisycon meldde, had het bedrijf de bewuste adverteerder- en publisher-activiteiten (enquêtes en haar eigen e-mailbestand) reeds uit eigen beweging gestopt. De activiteiten die de ACM onderzocht betreffen de periode 2009 tot begin 2012.

Het optreden van de ACM heeft grote impact gehad op de affiliatemarkt en e-mailmarketing in Nederland. DIt heeft geresulteerd in richtlijnen die duidelijker en strakker zijn en een kwaliteitsverbetering op brede schaal. Deze finale uitspraak van het hoger beroep heeft geen directe invloed op de huidige activiteiten van Daisycon. Dit traject heeft vele jaren geduurd en in de loop der tijd zijn zowel technologie als processen ingrijpend aangepast, zowel binnen Daisycon als in de markt. Zo hebben alle affiliate netwerken, inclusief Daisycon zelf, onder meer tools gebouwd waarmee publishers en adverteerders onderling de content, targeting en toestemming van een mailing afstemmen.

Daisycon betreurt de verstrengeling van rollen in de jaren voorafgaande aan 2012, activiteiten hadden beter en duidelijker gescheiden moeten worden. Daisycon onderkent dat de verweven rollen destijds niet hebben bijgedragen aan een constructieve basis van het waardevolle marketingkanaal dat e-mailmarketing is. 

De initiële sanctie is door het College van Beroep voor het bedrijfsleven gematigd tot € 770.000 en was reeds gereserveerd. Het vrijvallen van dit bedrag vormt geen impact op de operationele activiteiten van Daisycon. Daisycon schikt zich in deze uitspraak en is opgelucht dat een hoofdstuk kan worden gesloten. Het netwerk uit Almere richt zich inmiddels volledig op het huidige én komende hoofdstukken met veel perspectief en te verzilveren kansen.